Inhoud

Tiendaagse intensieve cognitieve gedragstherapie voor patiënten met een paniekstoornis die onvoldoende baat hebben bij een reguliere behandeling: een pilotonderzoek

4 februari 2015

Nederlands English

Samenvatting

Cognitieve gedragstherapie (CGT) is een bewezen effectieve behandeling voor paniekstoornis met agorafobie. Helaas knappen niet alle patiënten op van deze behandelingen. Het is dan ook van belang te onderzoeken of aanvullende of andere behandeling meer effect sorteert bij de patiënten die onvoldoende profiteren van CGT. In dit artikel worden de resultaten gepresenteerd van een pilotonderzoek naar de effectiviteit van een gecomprimeerde vorm van CGT. In totaal namen acht patiënten deel aan het onderzoek. Zes patiënten, die onvoldoende waren opgeknapt van 'klassieke' CGT, doorliepen binnen twee werkweken op intensieve wijze de verschillende behandelonderdelen, twee patiënten haakten na twee dagen af. Op de meeste uitkomstmaten werden zowel significante verbeteringen tussen zowel voor -en nameting respectievelijk follow-up (na zes weken) als grote effect sizes gevonden. Bovendien bleek de behandeling tot een redelijke mate van klinisch significante verbetering te leiden (40% van de patiënten was 'hersteld' bij de nameting en 60% bij follow-up).

Lees het volledige artikel als PDF
Print PDF

Literatuur

  • Addis, M. E., Hatgis, C., Krasnow, A. D., Jacob, K., Bourne, L., & Mansfield, A. (2004). Effectiveness of cognitive behavioral treatment for panic disorder versus treatment as  usual in a managed care setting. Journal of Consulting and Clinical Psychology, 72,  625–635.
  • Arrindell, W.A., & Ettema, J.H.M. (2003). SCL-90. Symptom Checklist. Handleiding bij een  multidimensionele psychopathologie-indicator. Lisse: Swets Test Publishers.
  • Barlow, D.H., Gorman, J.M., Shear, M.K., & Woods, S.W. (2000). Cognitive Behavioural Therapy, Imipramine, or their combination for panic disorder. Journal of the American  Medical Association,  19, 2529-2536.
  • Beurs, E. de, Lange, A., Balkom, A. van, & Dyck, R. van (1999). Hoe effectief zijn 'evidence   based' behandelingen voor paniekstoornis met agorafobie? Directieve therapie, 19,   40-57.
  • Bohni, M.K., Spindler, H., Arendt, M., Hougaard, E., & Rosenberg, N.K. (2009). A randomized study of massed three-weeks cognitive behavioural therapy schedule for panic  disorder (2009). Acta Psychiatrica Scandinavia, 120, 187-195.  
  • Chambless, D.L., Caputo, G.C., Bright, P., & Galagher, R. (1984). Assessment of fear of fear   in Agoraphobics: The Body Sensation Index and the Agoraphobic Cognitions Questionnaire. Journal of Consulting and Clinical Pychology, 52, 1090-1097.
  • Chambless, D.L., Caputo, G.C., Jasin, S.E., Gracely, E.J., & Williams, C. (1985). The Mobility   Inventory for agoraphobia. Behaviour Research and Therapy, 23, 35-44.
  • Clark, D.M., Salkovskis, P.M., Hackmann, A., Middleton, H., Anastasiades, P., & Gelder, M.   (1994). A comparison of cognitive therapy, applied relaxation and imipramine in the  treatment of panic disorder. British Journal of Psychiatry, 164, 759-769.  
  • Clark, D.M., Salkovskis, P.M., Hackmann, A., Wells, A., Ludgate, J., & Gelder, M.(1999). Brief   cognitive therapy for panic disorder: A randomized controlled trial. Journal of Consulting and Clinical Psychology, 67, 583-589.
  • Cohen, J. (1992). A power primer. Psychological Bulletin, 112, 155-159.
  • Deacon, B., & Abramowitz, J. (2006). A pilot study of 2-day cognitive behavioral therapy   for panic disorder. Behaviour Research and Therapy, 44, 807 – 816.
  • Hahlweg, K., Fiegenbaum, W., Schröder, B., Frank, M., & Von Witzleben, I. (2004). Klinische Brauchbarkeit der Konfrontationstherapie für agoraphobische Patienten: Einfluss von syndromaler Komorbidität und therapeutischer Erfahrung. Zeitschrift für  Klinische Psychologie und Psychotherapie, 33, 130-138.
  • Jacobson, N.S., & Truax, P. (1991) Clinical significance: A statistical approach to defining   meaningful change in psychotherapy research. Journal of Consulting and Clinical  Psychology, 59, 12-19.
  • Kampman,  M.,  Keijsers,  G.P.J.,  &  Hendriks,  G.J.  (2004).  Protocollaire  behandeling  van   patiënten met een paniekstornis met agorafobie: Interoceptieve exposure, cognitieve gedragstherapie en exposure in vivo. In: G.P.J. Keijsers, A. van Minnen, & C.A.L.  Hoogduin (red.). Protocollaire behandeling in de ambulante geestelijke gezondheidszorg, deel 1 (2e herziene druk) (pp. 32-62). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
  • LSMR  (Landelijke  Stuurgroep  Multidisciplinaire  Richtlijnontwikkeling  in  de  GGZ)   (2009). Richtlijnherzieningen van de Multidisciplinaire richtlijn. Update angststoornissen (eerste revisie):
  • Richtlijn voor de diagnostiek, behandeling en begeleiding van volwassen patiënten met  een angststoornis. Utrecht: Trimbos-instituut.
  • Margraf,  J.,  Barlow,  D.H.,  Clark,  D.M.,  &  Telch,  M.J.  (1993).  Psychological  treatment  of   panic: Work in progress on outcome, active ingredients and follow-up. Behaviour  Research and Therapy, 31, 1-8.  
  • Ruhmland, M., & Margraf, J. (2001). Effektivität psychologischer Therapien von Panik   und Agoraphobie: Meta-Analysen auf Störungsebene. Verhaltenstherapie, 11, 41-53.
  • Shear, M.K., & Maser, J.D. (1994). Standardized assessment for panic disorder research. A   conference rapport. Archives of General Psychiatry, 51, 346-354.
  • Vliet, I.M. van, Leroy, H., & Megen, H.J.E.M. van (2000). MINI Internationaal Neuropsychiatrisch Onderzoek, Nederlandstalige versie 5.0.0. Leiden: LUMC.
  • Wade, W.A., Treat, T.A., & Stuart, G.L. (1998). Transporting an empirically supported treatment for panic disorders to a service clinic setting: A benchmarking strategy. Journal of Consulting and Clinical Psychology, 66, 231-239.
  • Wierzbicki, M., & Pekarik, G. (1993). A meta-analysis of psychotherapy dropout. Professional Psychology: Research and Practice, 24,190-195.

© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam


De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:


Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).

No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.

Jaargang 57, nr. 3, sept 2024

Inloggen VGCt en VVGT

Leden van de VGCt en de VVGT loggen in via de site van hun vereniging. Als u op die site bent ingelogd als lid, vindt u daar een button naar het Tijdschrift voor Gedragstherapie.

English

Behavioral Therapy: Journal for Behavioral Therapy and Cognitive Therapy ISSN 0167-7454

Information in English can be found here.

Boeken